De Advaita Vedanta geschriften

advaita vedanta
‘Met de kennis van God, vallen alle beperkingen weg. Met het wijken van onwetendheid, verdwijnen geboorte en dood.’

– Shvetāshvatara-upanishad 1.11

 

 

De oorspronkelijke geschriften uit de Indiase Vedische traditie worden de Veda’s genoemd. Het woord ‘Veda’ is afgeleid van de Sanskriet-stam ‘vid’, wat ‘weten’ betekent. De Veda’s zijn een zeer omvangrijke bundel kennis en bestaan uit twee gedeelten. Het eerste (en grootste) gedeelte, karmakānda genoemd, gaat over allerlei handelingen, rituelen en meditaties. Het tweede (kleinere) gedeelte wordt Vedanta of jñānakānda genoemd. In dit gedeelte vinden we de upanishads, die slechts één onderwerp behandelen: moksha, vrijheid van elk gevoel van gebrek of beperking.

De Veda’s zijn de oudste bekende geschriften ter wereld. Volgens de traditie zijn de Veda’s, inclusief de upanishads, niet door mensen geschreven. Rishis (zieners) hebben de visie ontvangen en in de vorm van mantra’s mondeling doorgegeven aan opeenvolgende generaties van leraren en studenten, guru-sishya-parampara genoemd.

Upanishads
De upanishads vormen het laatste gedeelte van de Veda’s, ook wel Vedanta genoemd. Ze zijn samen met de Bhagavad Gita en de Brahmasutras de drie pijlers van de onderwijstraditie van Advaita Vedanta.
Er staan vele upanishads in de Veda’s. Tien ervan hebben bekendheid verkregen doordat Adi Shankara ze heeft toegelicht in zijn commentaren. De waarheid van het zelf wordt in deze teksten steeds vanuit verschillende standpunten voorgelegd.
Lees meer over de upanishads

Bhagavad Gita
De Bhagavad Gita is een dialoog tussen Heer Krishna en de krijger Arjuna. Het is een onderdeel van het grote epos Mahabharata, en geeft de essentie van de upanishads op een toegankelijke wijze weer.

De Gita wordt de status van upanishad toegeschreven, omdat het geschrift zelfkennis als onderwerp heeft. Daarnaast geeft de Gita waardevolle details over hoe je je geest kunt voorbereiden op deze kennis.
Lees meer over de Bhagavad Gita

Brahmasutras
In tegenstelling tot de Bhagavad Gita zijn de Brahmasutras ontoegankelijke, cryptische teksten, die de strekking van de upanishads analyseren en alle schijnbare tegenstrijdigheden weerleggen. Pas nadat de Bhagavad Gita en de tien bekendste upanishads samen met hun commentaar zijn bestudeerd, nemen Vedanta-studenten de studie van de Brahmasutras ter hand.

De Brahmasutras zijn opgesteld door Vyasa. De tekst bevat 555 sutras verdeeld over vier hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk presenteert Vyasa de visie van Vedanta, nadat hij alle andere mogelijke interpretaties van de upanishads heeft weerlegd. In het tweede hoofdstuk verdedigt hij de visie van Vedanta tegenover diverse filosofische scholen. In het derde en vierde hoofdstuk behandelt hij meditaties die in de upanishads staan vermeld en beschrijft hij de bijbehorende resultaten.

Prakaranas
De upanishads zijn niet eenvoudig te begrijpen. Daarom bestaan er binnen de traditie vele hulpteksten, ook wel prakaranas genoemd. Deze hebben tot doel meer helderheid in het onderwerp van de upanishads te creëren.

Voor de beginner zijn de meest gebruikte prakaranas: Tattvabodha, Drk Drshya Viveka en Vivekacudamani. In deze teksten wordt de visie van Vedanta op een systematische en relatief eenvoudige wijze uitgelegd.
De meer gevorderde student bestudeert o.a. Panchadashi en Upadesha Sahasri, uiteraard onder begeleiding van een bekwame Vedantaleraar.

Lees verder over de Upanishads…
Lees verder over de Bhagavad Gita…